Nog nauwelijks vleugels
toch wil je vliegen,
zet je je af voor een
veel te grote sprong.
Graag had ik je wat
langer willen wiegen
mijn lief, ik vind
je nog zo jong.
Nu los te scheuren,
er kan zoveel gebeuren,
zo graag zag ik
nog zorgeloze pret.
In machteloos verzet
zie ik mijn lege handen,
voel angst en pijn
In mij branden.
Maar ook een weten
en vertrouwen,
dat je, je eigen
weg moet gaan.
Willemijn Onrust